Lerend spelen is een belangrijk uitgangspunt van IEYC. Interactie met de omgeving, leeftijdsgenoten en de leerkracht zijn daarbij essentieel om tot leren te komen.

lerend spelen

De veelgemaakte denkfout

Kinderen hebben van nature een intrinsieke motivatie om te spelen. Het is zelfs een absolute voorwaarde voor ontwikkeling. Te vaak nog wordt spelen gezien als iets dat buiten school gebeurt, in de eigen tijd. Op school wordt dan methodisch aan cognitieve doelen gewerkt.

Het probleem is dat je zo niet alles uit de ontwikkeling van het jonge kind haalt. Je mist bijvoorbeeld unieke kansen om creativiteit en de sociale interactie te stimuleren. Bovendien suggereer je dat spelen en leren niks met elkaar te maken hebben, terwijl plezier en spel fundamenteel zijn als je goed wilt leren. Dat geldt voor kleuters en peuters, maar ook voor oudere kinderen en ja zelfs voor volwassenen.

Wat is lerend spelen?

Kinderen leren door intrinsiek en actief betrokken te zijn bij mensen, materialen, gebeurtenissen en ideeën. Leerkrachten krijgen de handvatten om kinderen te ondersteunen bij hun ontwikkeling, tijdens het spel. Ze creëren samen met de kinderen een uitdagende speelleeromgeving. Daarbij helpen ze het spel uit te breiden en praten ze met de kinderen over wat ze aan het doen zijn. De leerlingen worden gestimuleerd om problemen zelf op te lossen.

De didactiek voor het jonge kind is gericht op spelontwikkeling, het liefst zo divers mogelijk. In deze setting verbeteren kinderen hun taal, denken, motorische en sociaal-emotionele ontwikkeling.

lerend spelen

Wat is het verschil tussen lerend spelen en spelend leren?

Lerend spelen en spelend leren worden vaak onterecht door elkaar gehaald. De leerkracht die spelend leren inzet, geeft het kind vooraf een taak. Dat resulteert erin dat het kind de leerkracht en de opdracht volgt. Het probleem bij spelend leren is dat het kind minder initiatief neemt en dat er minder interactie met de omgeving is. De activiteit nodigt het kind minder uit om creativiteit te ontwikkelen.

Lerend spelen

Lerend spelen daarentegen is vrij van regels van buitenaf. Het kind vindt uitdaging in een rijke speelleeromgeving. Het spel ontwikkelt zich grotendeels vanzelf. De leerkracht volgt het kind en stimuleert gericht de ontwikkeling van het spel. Kinderen leren tijdens het spel om te gaan met anderen en hun perspectieven.

Ontwikkeling van het jonge kind

Bij IEYC staat de ontwikkeling van het kind centraal. De visie op onderwijs aan het jonge kind van Annerieke Boland speelde een belangrijke rol bij het ontwikkelen van de IEYC-thema’s.

Dat geldt ook voor de ‘De breintheorie over het leren van het jonge kind‘, van Betsy van de Grift. Beide werken vormden samen met de visie op leren volgens IPC (website) de basis voor het IEYC-curriculum.

Bij jonge kinderen vinden een aantal belangrijke ontwikkelingen in hun brein plaats. Ze gaan stap voor stap van onbewust leren naar bewust leren, van impliciet naar expliciet. Op jonge leeftijd zijn kinderen nog vooral op zichzelf gericht. Langzamerhand worden ze meer bewust van de ander en leren ze nieuwe perspectieven kennen. Tot slot ontwikkelen jonge kinderen van handelend en manipulerend naar gericht en vooraf bedacht.

lerend spelen
'IEYC: een rijke speelleeromgeving voor kinderen van 2,5 tot 6 jaar.'